Als het aan een meerderheid van de Haagse gemeenteraad ligt, wordt er voortaan meer aandacht besteed aan de bevrijding van Den Haag op 8 mei 1945.

Fractievoorzitter Judith Klokkenburg van de ChristenUnie/SGP diende een amendement in om daarvoor uit de gemeentebegroting 50.000 euro vrij te maken. Een meerderheid van de gemeenteraad steunde het voorstel. Het college van burgemeester en wethouders gaat het plan nu verder uitwerken.

"Dit amendement zorgt ervoor dat de bekendheid van de Haagse Bevrijdingsdag op 8 mei 1945 versterkt wordt onder de Haagse inwoners", zegt Klokkenburg. Specifiek beoogt zij daarbij het beter kenbaar maken van de route die de Prinses Irenebrigade destijds door Den Haag heeft afgelegd, door daar komend jaar een activiteit rondom te organiseren.

"Het college heeft eerder kenbaar gemaakt open te staan voor initiatieven op dit vlak, en de burgemeester heeft aangegeven te willen onderzoeken of er onderborden geplaatst kunnen worden waarop verwezen wordt naar de route van de Prinses Irenebrigade. Echter ontbreken de financiële middelen nog voor een passende activiteit. Met dit amendement wordt hiervoor geld geregeld."

Monumenten

De bevrijding van de stad Den Haag op 8 mei 1945, drie dagen na de Duitse capitulatie, werd uitgevoerd door de Prinses Irene Brigade en Canadese troepen. De Prinses Irene Brigade was de eerste eenheid die de stad binnentrok, met een feestelijke intocht van de bevolking en gepantserde voertuigen. Op de Groenmarkt en op het Burgemeester De Monchyplein zijn monumenten en jaarlijkse herdenkingen om de rol van de brigade te gedenken.